Straat- en netwerkpuzzel

Inzicht in belangen, keuzes en consequenties

De straat- en netwerkpuzzel helpt om bewust te kiezen

De inrichting van straten komt steeds vaker terug als onderwerp van discussie: bewonersgroepen die actievoeren vanwege geluidsoverlast of verkeersonveilige situaties, (politieke) ambities voor de stad die op straatniveau moeten landen en ontwikkelingen die ervoor zorgen dat de inrichting van een straat niet meer past. In de praktijk zorgt dit voor complexe puzzels. Om deze reden hebben wij de straat- en netwerkpuzzel ontwikkeld. Dit is een spelvorm om ruimtelijke dilemma’s en keuzes in beeld te brengen en ze kan gespeeld worden met bewoners, belanghebbenden, ambtenaren en bestuurders.

Door het inzetten van de straat- en netwerkpuzzel in werksessies voor meerdere doelen, in verschillende steden (o.a. in Goes, Haarlem, ’s-Hertogenbosch en Rotterdam) en met diverse deelnemers zijn we tot de volgende inzichten gekomen:

  • De straat- en netwerkpuzzel helpt om hoofdkeuzes scherp te krijgen en bewust te kiezen wat prioriteit krijgt. Er wordt regelmatig gesproken over ambities waar men met de stad naartoe wil, maar vaak is niet duidelijk welke consequenties dit heeft. Op straatniveau wordt pas duidelijk waar het pijn gaat doen. De puzzel helpt erbij om bewust en beargumenteerd de keuze te maken.
  • Er wordt duidelijk wat er uitgezocht moet worden om de herinrichting voor elkaar te krijgen. Een nieuwe inrichting van de straat is niet zomaar geregeld. Als eenmaal bedacht is wat de gewenste inrichting van de straat is, zorgt dit vaak voor aanvullende vragen over bijvoorbeeld het straatparkeren, verkeerscirculatie (bijvoorbeeld busroutes) en de ondergrond.
  • De straat- en netwerkpuzzel brengt verschillende disciplines en afdelingen bij elkaar. Men benadert het spel vaak vanuit de eigen achtergrond, waardoor iemand met een achtergrond in verkeer of mobiliteit zich bijvoorbeeld meer laat leiden door de randvoorwaarden dan een ontwerper of stedenbouwkundige. Door ze samen aan de slag te laten gaan ontstaat meer begrip voor elkaars achtergrond. Dit is ook zichtbaar tussen medewerkers die meer op strategie/beleid gericht zijn en meer op uitvoering.
  • Bewoners krijgen meer begrip onderling en meer begrip voor de complexiteit waar de gemeente tegenaan loopt. Iedereen ervaart de straat anders en vindt andere zaken belangrijk. Door bewoners samen aan het werk te zetten om te komen tot een nieuwe inrichting, komen ze erachter hoe complex het is om alle functies en ambities ingepast te krijgen in een straat en dat het vaak niet lukt om alles voor elkaar te krijgen en dat er dus keuzes gemaakt moeten worden. Al puzzelend wordt zo vormgegeven aan draagvlak.

Wat is de straat- en netwerkpuzzel?

Startpunt voor de puzzel is een straat waar een andere inrichting gewenst is. Wat is hier de opgave en wat zijn de randvoorwaarden? De opgave kan bijvoorbeeld het verhogen van de verblijfskwaliteit zijn en een bijbehorende randvoorwaarde is dat er een aantal busroutes door deze straat lopen en dat dit in de toekomst mogelijk moet blijven.

 

De straat wordt geanalyseerd om inzicht te geven in de functies en gebruikers: de genius loci of het karakter van de straat. Zijn er vooral woningen in de straat, of ook winkels en horeca? Wat voor winkels zijn dit en wat voor gebruikers trekt dit aan? Hoeveel voetgangers en fietsers gebruiken de straat en hoeveel autoverkeer en openbaar vervoer rijdt er? Wat voor gebruikers heeft de straat: jonge kinderen op de fiets, logistiek in bestelbusjes, wandelend winkelpubliek of hardrijdende scooters? Welke rol vervult de functie in het netwerk? Is de straat een belangrijke schakel voor het fiets- of autonetwerk?

 

Deelnemers van de puzzelsessie verdiepen zich in de straat (huidige inrichting, functies en gebruikers) en in de opgave. Voor de straat is een dwarsdoorsnede/profiel en bovenaanzicht beschikbaar van de huidige situatie. De deelnemers gaan vervolgens samen aan de slag door puzzelstukjes (de bouwstenen) bij elkaar te zoeken die samen de nieuwe inrichting van de straat kunnen vormen. De puzzelstukjes zijn gebaseerd op daadwerkelijk benodigde ruimte om bepaalde activiteiten mogelijk te maken, met verschillende breedtes voor het trottoir of fietspad, een brede of smalle rijbaan voor de auto, een fietsstraat, ruimte voor (fiets-)parkeren, groen, laden/lossen, etcetera. Hoe breed moet het trottoir zijn? Kiezen we voor een fietsstraat of is een brede fietsstrook voldoende om de grote hoeveelheid fietsers te faciliteren? Blijft er dan nog wel voldoende ruimte over voor groen? Is het zo een ‘gezellige’ straat om in te verblijven? Waar moet logistiek dan nog laden/lossen? Is dat wel op deze manier wel veilig?

 

Aan de hand de vragen die tijdens het puzzelen naar voren komen kunnen lessen worden getrokken. Zo kan bijvoorbeeld duidelijk worden dat als men meer ruimte wil geven aan de fiets, dat dit ten koste gaat van het parkeren. Of dat een begrip als ‘autoluw’ ten opzichte van de huidige situatie in de praktijk bijvoorbeeld weinig verandert aan de ruimtebehoefte voor de auto. Tenzij andere keuzes worden gemaakt, die verder kunnen worden verkend in de straat- en netwerkpuzzel.

Straat- en Netwerkpuzzel

Wie zijn de gebruikers en wat is kenmerkend aan het gebruik van de straat?

Hoe ziet het verplaatsingsgedrag eruit?

Voor diverse vormen van gebruik zijn minimale afmetingen nodig. De verschillende puzzelstukken bieden inzicht in welke afmetingen comfortabel zijn om diverse activiteiten uit te voeren of om een aanvullende functie aan de straat te bieden.