Mijn040Routes

GPS-data onderzoek in de regio Eindhoven

Opdrachtgever

Gemeente Eindhoven

Locatie

Eindhoven

Analyseren van verplaatsingspatronen

De meeste verkeerskundige bronnen geven geen informatie over reisgedrag over meer dan één dag. Daarmee zijn patronen moeilijk te analyseren. Mede om deze reden heeft gemeente Eindhoven samen met Studio Bereikbaar in 2018 het onderzoek Mijn040routes uitgevoerd. Hierin zijn tweeduizend Eindhovenaren en frequente bezoekers drie weken lang op vrijwillige basis gevolgd via hun smartphone. Dit heeft een veelheid aan data opgeleverd. De GPS-data van Mijn040Routes worden gebruikt om de gemeente en haar partners te helpen bij het ontwikkelen van nieuwe routes en maatregelen, de inrichting en ontsluiting van gebieden en het ontwikkelen van nieuwe mobiliteitsdiensten.

Deze techniek geeft een volledig nieuw beeld hoe inwoners en bezoekers van Eindhoven keuzes maken in de plaatsen die ze bezoeken en welke vervoerwijzen en routes ze daarbij gebruiken. Daarmee wordt beter meetbaar wat de effecten zijn van ruimtelijk, economisch of verkeerskundig beleid temidden van een snel veranderende stad en samenleving.Uiteindelijk leverden we een analyse- en presentatietool op waarin de data ook na afloop van het project beschikbaar is voor de gemeente Eindhoven.

Verschillende typen autogebruikers

Een van de analyses was naar frequentie van het autogebruik. Hiertoe zijn gelijke groepen gemaakt: (1) De groep met het meeste autogebruik, (2) De groep met een hoog gemiddeld autogebruik, (3) De groep met een laag gemiddeld autogebruik, en (4) De groep met het minste autogebruik. De resultaten maakten het volgende duidelijk. De groepen die weinig en gemiddeld van de auto gebruik maakten leken het meeste op elkaar. De veel-autogebruiker had het meest extreme mobiliteitsgedrag. De veel-autogebruikers maakten ongeveer driekwart van het aantal autokilometers. De groepen met gemiddeld en weinig autogebruik maakten vooral vaker gebruik van fiets en trein. Het aandeel ‘lopen’ was voor alle drie de groepen redelijk gelijk. De bus was in het totaal van verplaatsingen te verwaarlozen. De woonlocatie bleek deels samen te hangen met het reisgedrag. De weinig autogebruiker woonde vaker in het centrum van Eindhoven, de veel autogebruiker vaker aan de rand of buiten de gemeente Eindhoven. Het verband was echter niet heel sterk, ook in het centrum woonden veel autogebruikers en ook buiten de stad weinig autogebruikers.

De groep met het meeste autogebruik

De groep met een hoog gemiddeld autogebruik

De groep met het minste autogebruik

Voetgangersdata

Mijn040Routes heeft een schat aan voetgangersdata opgeleverd. De gemiddelde voetgangersverplaatsing bleek nog geen 1,5 kilometer lang met een snelheid van 4 kilometer per uur. Slechts 30% van de verplaatsingen was een directe tussen herkomst en bestemming (van A naar B). Gelopen werd er voornamelijk indirect (40% liep van punt A, via C naar B), als het lopen zelf niet het uiteindelijke doel was (30% liep van A terug naar A).

 

Treinstations, stadscentrum, winkelcentra en parken bleken de hele dag door belangrijke plekken van bestemming. Voor campussen en industrieterreinen viel een piek waar te nemen rond lunchtijd (met wandelingen richting park, supermarkt, café en parkeerplek). Wanneer we op de kaart inzoomen naar de plekken waar mensen lopen dan springen straten met veel voorzieningen eruit evenals duidelijk herkenbare doorgaande routes, straten met veel groen en bomen en buurtparkjes (voor het uitlaten van de hond). In gebieden met hoge dichtheden regen de verschillende voetgangersverplaatsingen zich aaneen als overlappend stedelijk systeem, in suburbane gebieden waren juist afzonderlijke ‘eilanden’ aan verplaatsingen waar te nemen (rond bijvoorbeeld het winkelcentrum, een buurtpark of de school). Ook opvallend: daar waar grote verkeerspleinen en infrabarrières zijn, werd het patroon aan voetgangersverplaatsingen abrupt afgesneden.

Tijdstip van voetgangersverplaatsing

Verplaatsingen van en naar campussen